‘Hoe gaat het met je?’ Vaak is er niet meer nodig dan die ene vraag om een gesprek met bewoners in je buurt te beginnen. Maar dan moet je elkaar wel eerst tegenkomen. Plekken waar dat van oudsher gebeurde, zoals buurthuizen, staan onder druk, of zijn voor sommige bewoners te hoogdrempelig. Actieve bewoners en andere organisaties in het hele land experimenteren daarom met mobiele ontmoetingsplekken. Onlangs wisselden ze in Amersfoort ervaringen en tips met elkaar uit in een bijeenkomst die georganiseerd werd door onderzoeker Erik van Marissing, LPB en LSA bewoners. Vaak met een praktische insteek. Want ergens een bakfiets met koffie neerzetten werkt prima, maar dan moet je er wel op kunnen fietsen.
‘Naar binnen halen wat er buiten gebeurt,’ met die wens opende Jetze van der Ham, strategisch adviseur Wijkzaken gemeente Breda en voorzitter van LPB (Landelijk Platform Buurt- en Wijkgericht Werken), de middag: ‘In Breda zijn wij vaak op zoek naar de mensen die last en plezier hebben in de wijk, maar de vaste plekken op kantoor weet niet iedereen te vinden. En als wij in gesprek willen met de buurt, met wie ga je dan eigenlijk in gesprek en hoe bereik je ze?’
Thijs van Mierlo, directeur van LSA bewoners onderstreepte de behoefte aan plekken waar mensen elkaar ongedwongen kunnen tegenkomen. Maar ook dat er meer komt kijken bij zo’n ontmoetingsplek dan je op het eerste gezicht denkt. Goed dus om elkaar te leren kennen en uit te wisselen wat werkt – en wat misschien niet zo handig is. Misschien vormt deze dag wel de start van een nieuw netwerk?
Organisator Erik van Marissing is niet alleen stadsgeograaf en onderzoeker, hij beheert zelf ook een mobiele ontmoetingsplek. Met een bakfiets vol koffie, krukjes en een parasol opent hij op onregelmatige tijden het Buurtterras Kattenbroek in Amersfoort.
Van Marissing raakte gefascineerd en deed onderzoek naar andere vormen van mobiele ontmoetingsplekken. Hieronder in vogelvlucht een aantal van de bevindingen, die hij deelde met de deelnemers:
In de kleine bijeenkomst op het Buurtterras was ook veel aandacht voor hoe je vervolgens het gesprek voert met bewoners. Luisteren is het devies, zonder veel verwachtingen, en al helemaal niet vanuit het idee dat je mensen eigenlijk wilt doorverwijzen naar een van je diensten of projecten. Daarbij is het belangrijk om jezelf te blijven. Je staat er immers in de eerste plaats als mens, niet als hulpverlener of ambtenaar.
Hou je verwachtingen dus laag, maar wees ook weer niet te bescheiden. Want wat voor jou misschien voelde als een kort gesprekje bij een kopje koffie, kan voor de ander een belangrijk moment zijn om een gesprek te hebben of te praten over de buurt, zegt van Marissing. Of om even lekker te klagen, dat hoort er soms ook bij. Oprechte ontmoetingen zijn onvoorspelbaar. Wat er op dat moment is, krijg je te horen.
Mobiele ontmoetingsplekken worden niet van de ene dag op de andere een succes. Stop vooral dus niet te snel met je plek. Wat wel kan helpen is ambassadeurs zoeken in de buurt die je kunnen helpen met het creëren van een positief oploopje.
Laat zien dat je er bent en maak een ritueel van het uitpakken en inrichten van je plek. Zo weten mensen dat er wat staat te gebeuren. Ten slotte, timmer het niet te veel dicht. Zoals Van Marissing zelf demonstreert: je hebt echt niet zo veel nodig. Gewoon beginnen en maar zien, is het devies. Zo kom je uiteindelijk wel uit bij de mobiele ontmoetingsplek die zowel bij jou past, als bij de bewoners.
Wil je op de hoogte blijven van eventuele aankomende bijeenkomsten over mobiele ontmoetingsplekken in de buurt? Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief.