Een welkomstcultuur creëer je niet alleen door een manifest met grote woorden op je muur te prikken. Vaak zit de aandacht voor de ander in het kleine gebaar. Hoe zorg je ervoor dat mensen zich welkom voelen in jouw buurthuis? We geven je 5 tips uit de praktijk.
Het woord welkom komt van het oude Engelse woord: Wilcuma en betekent zoveel als: “de vreemdeling met plezier accepteren”. In die betekenis van het woord is verwelkomen niet alleen goed voor de ander, de vreemdeling in dit geval, maar ook voor ons eigen welzijn. We worden zelf emotioneel rijker als we meer werken aan verwelkomen. Mensen accepteren zoals ze zijn, is alleen niet altijd makkelijk. Als je samen blijft werken aan een welkomstcultuur, wordt dat een stuk makkelijker. Activiteiten organiseren is geen doel op zich van een buurthuis. De activiteiten zijn een middel om mensen bij de buurt en elkaar te betrekken, om ze welkom te laten voelen in hun eigen omgeving.
De welkomstcultuur draag je uit als team. Probeer daarom alle positieve én negatieve aspecten van je organisatie op tafel te krijgen. Een welkomstcultuur gedijt alleen in een buurthuis met een open sfeer. Zijn er onderling spanningen tussen vrijwilligers? Dan is dat – al dan niet bewust – ook merkbaar voor bezoekers. Kunnen bepaalde vrijwilligers niet goed met elkaar overweg? Probeer als team boven tafel te krijgen wat de oorzaken zijn en wat je eraan kunt doen. Zijn de spanningen al te hoog opgelopen? Overweeg dan ook eens om als team een training te volgen of om een coach te zoeken. Misschien woont er wel een coach in jouw buurt, die zich graag wil inzetten voor de wijk.
Vaak zit de aandacht voor de ander in het kleine gebaar. We kregen vanuit allerlei bewonersinitiatieven tips voor kleine acties. Zorg dat bezoekers van je buurthuis een persoonlijke ontvangst krijgen. Vaak is een glimlach of een persoonlijke begroeting bij de deur al genoeg om mensen over de drempel te helpen. Mensen willen gezien worden. Vertelt iemand iets over zichzelf, zelfs al is het maar heel bescheiden, probeer dan bij het gesprek aan te haken om oprechte belangstelling te tonen. Denk bij het kleine gebaar bijvoorbeeld ook aan naambadges, die de vrijwilligers opspelden. Zorg ervoor dat je buurthuis ook qua inrichting een open uitstraling heeft. Zet de deur open als het weer het toelaat. Voorkom dat je met je rug naar de deur zit, zodat je iemand bij binnenkomst direct kunt begroeten.
Als je je realiseert dat je de sfeer van het buurthuis als individu kunt maken en breken, ben je eerder bereid om over je eigen schaduw heen te springen. Denk dus niet: ach, mijn inbreng doet er niet zoveel toe, het maakt niet uit of ik wel of niet enthousiast ben. Het teamgevoel is een optelsom van alle individuele inzet samen. Zorg dat iedereen zich verantwoordelijk voelt voor de welkomstcultuur van het bewonersinitiatief. Of je nu voor of achter de schermen werkt.
Tot slot, de leukste opdracht: heb het leuk met elkaar. Daarmee bedoelen we dat je voorkomt dat je werk voor het buurthuis gaat voelen als het draaien van corveediensten. Doe leuke dingen, maak plezier en geniet van elkaar en de mooie momenten. Plezier werkt aanstekelijk. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd.