Bewonersinitiatieven spelen in veel buurten en wijken een cruciale rol bij het verzachten en bestrijden van armoede. Ook gemeentes en instituties zetten zich in voor deze groep kwetsbare bewoners. Toch weten beiden elkaar niet altijd te vinden, waardoor in de onderlinge samenwerking kansen blijven liggen om armoede in de wijk aan te pakken. LSA Bewoners organiseerde een leertraject in twee stappen met initiatiefnemers, ervaringsdeskundigen en werkenden bij wijkinstituties, gemeenten, onderwijs en kunstcollectieven. Met elkaar zijn we op zoek gegaan naar manieren om beter samen te werken. Eén van de conclusies: het spreken van een gezamenlijke taal helpt!
Van en met elkaar leren stond in dit LSA-project centraal. Zo wisselden initiatiefnemers en ervaringsdeskundigen ervaringen uit over hoe voedselbanken, weggeefwinkels en energiefixers de symptomen van armoede in een wijk verzachten. En hoe buurtkeukens en tal van sociale activiteiten kwetsbare bewoners helpen om nieuwe contacten op te doen en uit hun isolement te breken. Bewonersinitiatieven gaan daarbij uit van de wensen en talenten van bewoners zelf: taallessen, digitale bijspijkercursussen, sportactiviteiten of huiswerkbegeleiding die dóór bewoners vóór bewoners worden georganiseerd.
Met bonding én bridging maken deze initiatieven nieuwe ontmoetingen mogelijk binnen en buiten de eigen kring en bouwen zij aan wijkgemeenschappen. Kansen zien zij ook bij linking: als initiatieven makkelijker de weg vinden naar de systeemwereld van overheden en wijkinstituties, opent dat de weg naar samenwerking en versterkt dat de kwaliteit en continuïteit van het initiatief. Met een bont gezelschap van zo’n 35 initiatiefnemers, ervaringsdeskundigen, wijkprofessionals en onderzoekers/experts onderzochten we daarom hoe dit onderlinge samenspel bij armoedebestrijding in de wijk te verbeteren.
Lisbeth Verharen, lector aan de HAN-Hogeschool Arnhem-Nijmegen Lisbeth, is gespecialiseerd in de wisselwerking tussen de sociale kwaliteit van een wijk en het bestrijden van armoede. Sociale kwaliteit definieert Lisbeth als ‘de mogelijkheden voor burgers om mee te doen en volwaardig deel te nemen aan het sociale en economische leven in een wijk, onder condities die hun welbevinden en individuele potenties stimuleren’. Lisbeth ziet dat juist bewonersinitiatieven bijdragen bij aan een hogere sociale kwaliteit van de wijk door het bieden van een sterkere basis (bestaanszekerheid), betere toegang tot voorzieningen (sociale inclusie), nieuwe verbindingen (sociale cohesie) én ruimte voor persoonlijke ontwikkeling (sociale empowerment).
Armoedebestrijding vraagt om een sterk samenspel tussen alle informele en formele actoren, tussen leefwereld én systeemwereld. In de praktijk blijkt deze samenwerking tussen initiatieven en instituties niet altijd vanzelfsprekend. Het is vaak lastig om elkaar goed te begrijpen, vooral ook omdat een gemeenschappelijk taal ontbreekt. In de leefwereld worden nu eenmaal andere woorden gebruikt dan de gangbare termen in de systeemwereld. ‘Sociale kwaliteit’ biedt zo’n gezamenlijke taal die helpend en verbindend kan zijn bij het onderlinge gesprek over armoede in de wijk.
Samenwerken betekent niet dat initiatieven en instituten persé alles sámen moeten doen. Wij sluiten ons als LSA graag aan bij de slotwoorden van Lisbeth Verharen:
Samenwerken werkt als alle betrokkenen met elkaar verbinding blijven zoeken en elkaar de ruimte geven om die dingen te doen waar ze als initiatief, kunstcollectief, welzijnsorganisatie of gemeente zelf sterk in zijn. Dat kost tijd en moeite, maar alleen een levendig samenspel tussen leefwereld en systeemwereld kan de sociale kwaliteit in een wijk verhogen en bestaande armoede bestrijden.
Lees het verslag van de twee bijeenkomsten die we hebben georganiseerd. Met tips en meer achtergrondinformatie over dit onderwerp.
klik hier voor het verslagHoe zorg je voor een levendig samenspel tussen leef- en systeemwereld?